1. Welke paardachtigen dienen geïdentificeerd te worden?
Elk paard dat op het Belgisch grondgebied verblijft moet geïdentificeerd zijn.
Elk paard uit een andere lidstaat dat definitief op het Belgisch grondgebied binnengebracht wordt en dat niet bestemd is om binnen de tien dagen na zijn aankomst geslacht te worden, wordt
binnen de dertig dagen na aankomst geëncodeerd in de centrale gegevensbank en in elk geval voor elke verandering van de houder. (bewezen door het gezondheidscertificaat).
Elk paard dat definitief ingevoerd wordt uit een derde land op het Belgische grondgebied en dat niet bestemd is om binnen de acht dagen na zijn aankomst geslacht te worden, dient geïdentificeerd te worden overeenkomstig de bepalingen van verordening 504/2008 en van dit besluit en dient binnen de drie maanden na aankomst, en zeker voor het verlaten van het Belgische grondgebied, geëncodeerd te worden in de centrale gegevensbank. (bewezen door het gezondheidscertificaat).
Ik wens mijn veulen of mijn ezelveulen te identificeren.
1. Een correcte identificatie
2. Binnen welke termijn dient mijn veulen geïdentificeerd te zijn?
3. Uitsluiten voor menselijke consumptie of niet?
4. Identificatie procedures
Alle in België verblijvende paardachtigen (paarden, ezels, pony’s, zebra’s, …) dienen geïdentificeerd te worden aan de hand van een:
Een veulen dient geïdentificeerd te worden binnen het jaar van zijn geboorte (dus binnen de 12 maanden na geboortedatum). Het paspoort dient ook binnen deze periode uitgegeven worden .
Bijvoorbeeld: Een veulen geboren op 15 april 2016 heeft tijd tot 15 april 2017 (Uitgifte van het paspoort inbegrepen) . Een veulen geboren op 10 september 2016 moet dus tegen 10 september 2017 geïdentificeerd en geregistreerd zijn (Uitgifte van het paspoort inbegrepen) .
Door het Koninklijk Besluit van 16 februari 2016 blijven de te identificeren paardachtigen in de voedselketen (onder voorbehoud van het naleven van de termijnen). De definitieve uitsluiting van paardachtigen uit de voedselketen zal in een latere stap door de houders moeten gebeuren (via de elektronische mutatie ofwel het mutatieformulier.
Deze keuze dient te worden geregistreerd en duidelijk vermeld zijn in het paspoort.
Elke behandeling met substanties vermeld in een lijst van “onontbeerlijke geneesmiddelen“, die niet voorzien zijn in Verordening 2377/90/EG, zal door de behandelende dierenarts in het paspoort onder de rubriek “medische behandelingen” moeten vermeld worden en zal een wachttijd van minimum 6 maanden vóór de slachting als gevolg hebben.
Door middel van de identificatie, de encodering en de controle die mogelijk is met de microchip, kan de voedselveiligheid voor de consument gegarandeerd worden. Wanneer er iets fout gegaan is, laat het systeem bovendien toe om de verantwoordelijke ontegensprekelijk aan te duiden.
Voor de paardachtigen die ingevoerd worden om hier geslacht te worden gelden andere regels. Indien het om paardachtigen gaat, die uit een EG lidstaat komen, dan is het slachten alleen mogelijk als er een geldig paspoort is, waaruit blijkt dat er geen uitsluiting van de slacht is. Een Invoergezondheidscertificaat moet ook voor paarden uit andere lidstaten en derde landen (buiten de EG) afgeleverd worden.
U kan 2 verschillende procedures volgen:
Algemeen gesteld, kan u uw paard laten identificeren in 5 eenvoudige stappen (beide procedures) :
Vier mogelijkheden:
Alle in België verblijvende paardachtigen (paarden, ezels, pony’s, zebra’s, …) dienen geïdentificeerd te worden aan de hand van een:
Indien uw paard NIET over een EU-conform paspoort beschikt en er werd geen aanvraag tot identificatie ingediend voor 31 december 2009, is het paard definitief uitgesloten van de slacht voor menselijke consumptie.
Indien uw paard over een EU-conform paspoort beschikt, wordt het statuut overgenomen, welke vermeld staat in het paspoort. Wanneer er geen enkele informatie over het statuut van het paard vermeld staat in het paspoort, wordt het paard beschouwd als bestemd voor de menselijke consumptie.
Elke behandeling met substanties vermeld in een lijst van “onontbeerlijke geneesmiddelen“, die niet voorzien zijn in Verordening 2377/90/EG, zal door de behandelende dierenarts in het paspoort onder de rubriek “medische behandelingen” moeten vermeld worden en zal een wachttijd van minimum 6 maanden vóór de slachting als gevolg hebben.
Door middel van de identificatie, de encodering en de controle die mogelijk is met de microchip, kan de voedselveiligheid voor de consument gegarandeerd worden. Wanneer er iets fout gegaan is, laat het systeem bovendien toe om ontegensprekelijk de verantwoordelijke aan te duiden.
Voor de paardachtigen die ingevoerd worden om hier geslacht te worden gelden andere regels. Indien het om paardachtigen gaat, die uit een EU lidstaat komen, dan is slachten alleen mogelijk als er een geldig paspoort is, waaruit blijkt dat de paarden niet uitgesloten zijn voor de slacht. Een Invoergezondheidscertificaat moet ook voor paarden uit lidstaten en derde landen (buiten de EU) afgeleverd worden.
Wanneer uw paard geregistreerd is in de centrale gegevensbank en u verliest uw EU-conform paspoort, om vervolgens een duplicaat aan te vragen, staat het Federaal Agentschap voor de Voedselveiligheid een schorsing toe van 6 maanden, opdat het geregistreerde paard nadien opnieuw toegelaten kan worden voor de slacht voor de menselijke consumptie.
U kan kiezen uit 2 verschillende identificatieprocedures:
3.3. Algemeen gesteld, kan u uw paard laten identificeren in 5 eenvoudige stappen (deze gelden voor beide procedures.):
3.4. Drie mogelijkheden :
U gaat deze site verlaten
De informatie weergegeven op deze site is afhankelijk van de lokale wettelijke regelgeving.